Vier hoofdrolspelers van toen halen herinneringen op aan de hand van uniek archiefmateriaal: 'mister Ajax' Sjaak Swart, Theo van Duivenbode en de Portugese vedettes Toni en António Simões. De twee iconische generaties bepaalden over drie wedstrijden welke club doorging in het Europa Cup 1-toernooi.
"We praten over twee grote generaties, zowel bij Nederland als Portugal. Ajax had een goede trainer, Rinus Michels. En ze hadden jonge spelers", aldus Toni. Vooral Johan Cruijff sprong eruit voor de Portugese vedettes. "Je kon Cruijff maar op twee manieren tegenhouden; je kon hem grijpen of een stok vanuit huis meenemen."
Bij Benfica stond er ook een legende op het veld: Eusébio. "Bij deze wedstrijden waren er twee koningen aan het strijden. Met enkele prinsen eromheen. Ze waren allebei beslissend bij alle wedstrijden. Als je een koning in een team hebt, krijg je een goede wedstrijd", blikken de Portugezen terug.
Spannende strijd
En dat we in de winter van 1969 goede wedstrijden voorgeschoteld kregen is een understatement gebleken. Spektakel alom met 22 sterren op het veld. Ajax liet zich in Amsterdam verrassen door Benfica, de Portugezen waren op de ijsvloer in het Olympisch Stadion beter dan de Ajacieden: 1-3. In Lissabon revancheerden de Amsterdammers zich en trokken ze de score gelijk, waardoor er een beslissingswedstrijd in Parijs aan te pas moest komen. De ploeg van Michels won na verlenging met 3-0 van het Portugese sterrenensemble. De geboorte van het grote Ajax was daarmee een feit.