Benfica was in 1965 voor het eerst tegenstander van Ajax. De Amsterdamse club had ternauwernood degradatie weten af te wimpelen en sloot het seizoen af tegen deze Europese grootmacht. Rinus Michels toonde hier voor het eerst wat hij voor ogen had met 'zijn' club. Het werkte. Ajax won met 2-1 en liet in dat duel zien dat het toekomst had.
De allereerste ófficiële ontmoeting was op 12 februari 1969. In een besneeuwd Olympisch Stadion liep het bij Ajax niet zoals gehoopt. Met 1-3 stapte Benfica als overwinnaar van het veld. Een vervolg in de Europa Cup I hing aan een zijden draadje...
Maar Ajax zou Ajax niet zijn als ze Europa niet versteld zouden doen staan. Dus wonnen ze een week later in Portugal. Ook nu was de uitslag 1-3 dankzij Amsterdamse goals van de Zweed Inge Danielsson en twee van Johan Cruijff. Genoeg was het niet voor de halve finale. Een beslissingsduel moest uitkomst bieden.
Decor was Parijs. Tienduizenden Ajax-fans trokken mee naar de lichtstad om hun helden aan te moedigen. Niet zonder succes. In de normale speeltijd bleven Ajax en Benfica in evenwicht zonder doelpunten, maar in de verlenging sloegen Cruijff en Danielsson (twee keer) opnieuw en genadeloos toe. Ajax won met 3-0 en kon naar de halve finale.
De pers raakte niet uitgeschreven over de trilogie van de winter 1969. Maar ook drie seizoenen later waren de duels heroïsch. Dit keer viel er slechts een goal in de tweeluik te bewonderen, gemaakt door Sjaak Swart.
En in 2018 schreven Ajax en Benfica weer een nieuw hoofdstuk bij in de gezamenlijke geschiedenis. Ook toen bleef Ajax ongeslagen tegen de Portugese topclub. Na een 1-1 in Lissabon (Tadic maakte gelijk), won Ajax met 1-0 in eigen huis. Wéér in de extra tijd viel de beslissing dankzij Noussair Mazraoui.
Wie verovert er deze editie een plaats in de historie?