In het begin van de jaren '80 barstte Ajax van het talent met spelers als Marco van Basten, Frank Rijkaard, John van ’t Schip en Gerald Vanenburg. Voor de broodnodige balans ging trainer De Mos op zoek naar ervaring. Die werd gevonden in de persoon van Spelbos.
Landskampioen
Spelbos, op dat moment een ervaren topverdediger, werd in 1981 kampioen met AZ'67 en kwam na twee seizoenen Club Brugge in de zomer van 1984 naar Amsterdam. De dertigjarige international paste zich snel aan en was een baken van rust in de defensie van Ajax. Zijn debuutjaar werd bekroond met een landstitel.
Cruijff
In de zomer daarna keerde Cruijff terug in Amsterdam, ditmaal als hoofdtrainer. Net zoals de vele talenten in de ploeg, ging ook Spelbos als 31-jarige nog beter voetballen onder leiding van Cruijff. In het seizoen 1986/1987 veroverde Ajax de Europa Cup II na memorabele duels met Olympiakos, Malmö FF, Real Zaragoza en Lokomotive Leipzig. Een blessure hield Spelbos echter in de halve finale en de finale aan de kant.
Ook in zijn laatste seizoen 1987/1988 kampte Spelbos met diverse blessures wat hem opnieuw een halve finale (Olympique Marseille) en finale (KV Mechelen) kostte. Na vier prachtige seizoenen vertrok Spelbos in 1988 naar DOVO om daar zijn carrière als voetballer niet veel later af te sluiten.
De verdediger speelde vier seizoenen in Amsterdam, droeg meer dan 120 duels het wit-rood-wit en scoorde 23 keer. Daarvan maakte Spelbos er de meeste vanaf elf meter.