Precies één week had Klaas Jan Huntelaar meegetraind met het Ajax van trainer Danny Blind na zijn winterse transfer van sc Heerenveen naar de hoofdstad. Na die korte aanloop was de tijd rijp voor de topschutter van de Eredivisie om te debuteren als Ajacied in de thuiswedstrijd tegen NEC. Toen, we schrijven 2006, maakte de topschutter van de Eredivisie het enige Ajax-doelpunt bij het 1-1-gelijkspel tegen de club uit Nijmegen.
Blind was vanzelfsprekend in zijn nopjes met de aankoop van de gewilde spits. "Huntelaar is een echte diepe spits die bij Ajax goed uit de voeten kan. Hij is topscorer van Nederland en tevens nog jong. Ik heb veel vertrouwen in Klaas Jan en zijn toekomst bij Ajax."
Al na een seconde of vijftien had Huntelaar op 15 januari 2006 zijn eerste Ajax-doelpunt kunnen en misschien ook wel móeten maken. De spits kopte een voorzet van Mauro Rosales echter nét over het Nijmeegse doel. Het was echter NEC dat via Robbie Wielaert in de zesde minuut op voorsprong kwam.
Zes minuten later scoorde Markus Rosenberg de gelijkmaker. Daarna ontspon zich een duel zonder echte hoogtepunten. Alleen Huntelaar en Rosenberg scoorden een voldoende. Het was voor de Ajax-debutant geen leuk resultaat. Maar de spits zou nog genoeg successen beleven. In zijn eerste periode (tot december 2008) won hij de KNVB Beker en de Johan Cruijff Schaal.
Terugkeer bij Ajax
Na omzwervingen bij onder meer Real Madrid en AC Milan keerde Huntelaar in 2017 terug bij Ajax. De goaltjesdief zou in totaal 257 officiële wedstrijden als Ajacied spelen. Daarin maakte hij 158 doelpunten. Pas in die tweede periode bij Ajax vierde de Hunter zijn eerste landskampioenschap. In 2019 toonde ook hij de kampioensschaal aan de Ajax-fans op het Museumplein.