De bekendste speler met een verleden bij Ajax en Borussia Dortmund is natuurlijk Steven Pienaar. De Zuid-Afrikaan speelde vijf jaar in Amsterdam, waarna hij in 2006 naar Dortmund verkaste. Andere bekendere Ajacieden die bij die Borussen speelden zijn André Bergdolmo en Cedric van der Gun.
Een enigszins vergeten Ajacied met een verleden bij beide clubs is de Hongaar Zoltan Varga. De middenvelder, geboren in 1945, ontsnapte eind jaren zestig uit de communistische republiek Hongarije, na een interland in Mexico. Hij werd daarop voor hoogverraad ter dood veroordeeld in zijn eigen land. Daarna bouwde hij aan een voetbalcarrière in West-Europa.
Eerste nummer 14 na Cruijff
Via Standard Luik, Hertha Berlin en Aberdeen belandde hij in 1973 bij Ajax, dat toen aan de top van het mondiale voetbal stond. Hij moest als aanvallende middenvelder een van de spelers zijn die het gat dat Johan Cruijff, vertrokken naar FC Barcelona, achter had gelaten.
Die loodzware (en haast onmogelijke) missie faalde. Varga kreeg 14 als rugnummer en kon de verwachtingen niet waar maken. Hij startte nog verdienstelijk; zijn finest hour beleefde hij op tweede kerstdag 1973, toen hij uit tegen Sparta een wereldgoal maakte.
Maar daarna wilde het niet meer vlotten met Varga. En dat is zonde: hij was in veel opzichten een typische Ajax-middenvelder, met een fijne techniek en veel creatief vermogen. Na twaalf wedstrijden, waarin hij twee keer scoorde, vertrok hij naar Borussia Dortmund. In het Ruhrgebied kwam hij tot meer dan vijftig duels.